Vergroot ritme, souplesse en controle met praktische oefeningen

Of je nu spring- of dressuurruiter bent; met balkjes en cavaletti breng je eenvoudig variatie aan in de training met je paard. Het gebruik ervan draagt onder andere bij aan ritme, souplesse en controle, en dat op ieder niveau. Mans Buurman, onder meer bondscoach bij de ponyruiters, laat zien hoe je met laagdrempelige oefeningen het beste resultaat behaalt.

Tekst & Beeld Carolien Tesselhof  Video Sanne Wiering

De uitleg en oefeningen van Mans zijn op te delen in drie delen. Neem als ruiter vooral mee wat voor jou en je paard van toepassing en van toegevoegde waarde is. Eerst richt hij zich op de basis die iedere ponyruiter zou moeten meekrijgen. Dit doet hij in een les aan de negenjarige Victoria met haar pony – ook leerzaam voor iedereen die wel eens een jonge ruiter begeleidt. Dit deel is hieronder via de pop-up terug te lezen en te bekijken. Daarna komt zijn vijftienjarige dochter in actie en legt Mans de nadruk op losrijden, correcte wendingen en tempocontrole met behulp van kleine sprongetjes en grondbalken. Tot slot stapt de bondscoach op zijn eigen paard en laat hij zien hoe hij omgaat met spanning en ontspanning, het goed aan de hulpen zetten en het gymnastiseren van het  paard. Hierbij zijn grondbalken en een enkel sprongetje waardevolle hulpmiddelen. 

Bekijk de les van de 9-jarige victoria

De vijftienjarige Tess rijdt de D-pony Mack. Tijdens het losrijden benadrukt Mans dat het belangrijk is om de pony voorwaarts naar de hand toe te blijven rijden, zodat de pony mooi vanuit de schoft de hals kan laten vallen. “In de tweede fase van het losrijden mag Tess een aantal controle-oefeningen gaan doen. Wat harder en zachter, korter en langer maken.” Mans vraagt Tess in plaats van voltes, juist vierkantjes te rijden. “In de wendingen moet de pony zich dan sluiten. Houd de buitenteugel er goed bij en stuur met je binnenhand van de hals. Zorg er wel voor dat je deze openhoudt. Soms kruipt de pony wat achter de loodlijn, maar zolang dat in de ontspanning gebeurt en hij er even later weer uit kan, is dat niet zo erg.” Ook in de galop ligt de nadruk eerst op voorwaarts in ontspanning naar de hand galopperen, om vervolgens van daaruit wat naar voren en terug te schakelen. Na dit een paar keer op de lange zijde te hebben gedaan, komen de balkjes erbij.

‘Als de pony in de ontspanning ​​​​​​​even wat achter de loodlijn kruipt, is dat niet erg’

bram chardon vertelt over de wijze waarop hij het borsttuig aanbrengt bij zijn paard

Tijdens het losrijden benadrukt Mans dat het belangrijk is om voorwaarts naar de hand toe te blijven rijden. 

Oefening: Sluiten en verruimen

“Deze oefening is goed om te controleren of we wel echt aan het sluiten en verruimen zijn, of dat we alleen maar versnellen en vertragen”, onderbouwt Mans. Voor deze oefening leg je twee balken op de grond (mogen ook cavaletti zijn). “De eerste keer kom je gewoon ontspannen aanrijden en tel je mee hoeveel galopsprongen je paard of pony maakt.” Tess rijdt de eerste keer in vijf galopsprongen door de lijn. “Nu ga je er een keer zes maken en daarna een keer vier”, geeft Mans als opdracht mee. “Als je zes galopsprongen wilt rijden, ga je rustig zitten en verzamelen. Maak jezelf lang.” Een galopsprong meer maken gaat Tess makkelijk af. “Als je nu vier galopsprongen wilt rijden, zorg dan dat je je pony wat meer halslengte geeft, zodat hij kan verruimen. Kom ook met wat meer ritme aanrijden. Als dat eerst wat onrustig voelt, ga dan niet te veel veranderen. Je paard of pony  gaat vanzelf begrijpen wat de bedoeling is.” 

Als extra tip geeft hij mee: “Ga niet wringen om op de sprong in de goede galop te landen. Rijd na de hindernis bewust je wending  en je zult zien dat als je het een paar keer ontspannen doet, je pony of paard vanzelf in de goede galop gaat landen.” 

Bekijk de parcoursschets van deze oefening

bram chardon vertelt over de wijze waarop hij het borsttuig aanbrengt bij zijn paard

Tel mee hoeveel galopsprongen je maakt, daarna maak je er een keer eentje meer en eentje minder. 

Oefening: Ritme houden

Mans heeft voor deze oefening vier lage sprongetjes/cavaletti op een volte neergezet. “Dit kunnen ook grondbalken zijn. Het doel is dat we op een volte in hetzelfde ritme deze vier hindernisjes of balken nemen. Dus steeds hetzelfde aantal galopsprongen en in een ontspannen tempo. We beginnen eerst met twee hindernissen, dus we slaan er elke keer eentje over. Pas als dat ontspannen gaat, nemen we ze alle vier achter elkaar. Bij deze oefening is het belangrijk om door de lijn heen te kijken en subtiel te sturen. Je moet proberen in een bepaald ritme te komen en af te tasten of je wat meer aan de binnenkant, of juist aan de buitenkant moet blijven. Als het niet meteen lukt , ga dan niet te snel. Blijf voelen wat er onder je gebeurt en geef het even de tijd. De buitenteugel begrenst en de binnenteugel wijst de weg.” 

Mans benadrukt dat het verstandig is om altijd op de makkelijke kant te beginnen, zodat je paard of pony de oefening snapt. “Het juiste ritme vinden kost soms even tijd.  

Daarna ga je naar de moeilijke kant, maar ga daar niet te lang op door. We hebben de neiging om onze slechte kant meer te oefenen, maar dat moet je juist niet doen. Als het goed gaat, is het ook goed.” 

Bekijk de parcoursschets van deze oefening

bram chardon vertelt over de wijze waarop hij het borsttuig aanbrengt bij zijn paard

Bij deze oefening is het belangrijk om door de lijn heen te kijken en subtiel te sturen

Oefening: Controle en sluiten met drafbalken

Voor de volgende oefening heeft Mans een lijntje staan met aan beide uiteinden een laag sprongetje en daar tussen vier drafbalken op ongeveer een meter afstand (voor een D-pony, voor een paard mogen ze wat ruimer). “Deze oefening zorgt ervoor dat je meer controle over je paard of pony krijgt en je hem  gecontroleerd kunt opzetten tussen hand en been: sluiten, maar toch actief aan het been houden”, onderbouwt Mans. 

“In eerste instantie kom je in draf aan. Je neemt het eerste sprongetje, rijdt daarna terug naar de draf, draaft over de drafbalkjes en vervolgens rijd je door naar het laatste sprongetje. Zorg ervoor dat je actief blijft draven en dat je je pony de kans geeft om naar voren te springen door op de hindernis open in je hand te zijn.” 

Als deze oefening goed gaat, mag Tess het iets moeilijker maken. Ze moet haar pony nu na de vier drafbalkjes laten aangalopperen voor het laatste sprongetje. Als ook dat goed gaat, is het tijd voor nóg een stapje erbij: in galop aan komen rijden, het eerste sprongetje nemen, vervolgens terug naar de draf om over de balkjes te draven en dan weer aangalopperen voor het laatste sprongetje. “Na de landing rijd je met je been eraan terug naar de draf. De pony moet reageren op  je zit. Je rijdt netjes rechtuit en maakt daarna pas de wending. Je moet uiteraard eerst alle losse elementen uit deze oefening goed beheersen voor je deze kunt combineren. Ook hier geldt: ga niet te snel.” 

Bekijk de parcoursschets van deze oefening

bram chardon vertelt over de wijze waarop hij het borsttuig aanbrengt bij zijn paard

Deze oefening zorgt ervoor dat je meer controle over je paard of pony krijgt en je hem gecontroleerd kunt opzetten tussen hand en been.

Bekijk de video van bovenstaande oefeningen

Voor het laatste deel van de uitleg heeft Mans zijn eigen paard opgezadeld. Met My Special Ludine VHG komt hij uit in het 1,40m. “Dit paard staat hoog in het bloed, net als veel paarden tegenwoordig. In de basis vindt hij bepaalde dingen spannend. Als je dat als ruiter merkt, geef je paard dan duidelijkheid. Als je geen initiatief neemt, wordt je paard namelijk steeds onzekerder. Door controle te pakken en je paard misschien even wat ronder in te stellen om het gezichtsveld te verkleinen, gaat hij beter focussen op jou als ruiter. Je kunt hierbij gebruik maken van een volte, om de wereld even iets kleiner te maken. Het doel is om daarna weer de ontspanning op te zoeken.” 

Ook nu gaat Mans spelen met het tempo. “Ik wil kleiner kunnen draven met aanspanning en van daaruit ook weer kunnen verruimen. Dat doe ik zowel in de draf als in de galop. Het is belangrijk dat ik van daaruit kan ontspannen wanneer ik dat wil. Soms maakt het paard vanuit spanning een foutje. Ik haal dan de druk eraf, blijf relaxed en stel de vraag opnieuw. Dat doe ik ook als ik een wissel wil rijden: springt hij hem niet in één keer, dan rij ik door, ontspan en vraag het opnieuw.” 

In alle gangen pakt Mans ook wat zijgangen mee. “Ik wil bepalen waar de benen van het paard naartoe gaan. Het gaat bij mij niet om de perfecte oefening, maar om het gevoel. Ik moet kunnen bepalen wat er onder mij gebeurt.” 

Mans Buurman: "Het is belangrijk dat het paard kan ontspannen wanneer ik dat wil."

Oefening: Gymnastiseren met balken

Voor de volgende oefening heeft Mans vijf balken op een volte gelegd met een tussenafstand van zo’n drie meter. “Als je paard dit nog niet kent, begin dan met één balk. Pas als je daar ontspannen overheen kunt, ga je uitbouwen.” 

Het doel van deze oefening is meer lengtebuiging en meer buiging in de benen. “Dat kan ook zonder balken, maar dan moet je veel instructies geven aan je paard, waardoor hij gespannen kan raken. Door op een volte balken in te zetten, is het makkelijker om je paard goed te gymnastiseren en meer te laten buigen.” 

De oefening start in draf. “Je ziet dat mijn paard het wat spannend vindt. Ik reageer niet direct, maar ga eerst om mijn paard heen zitten, ben even begripvol en dan ondersteun ik hem. De tweede keer kom ik met iets meer ritme in. Forceer je paard niet te veel. Pas desnoods de oefening wat aan naar de lengte van de passen. Je houdt een stille verbinding aan de buitenkant en kunt je paard aan de binnenkant een beetje meehelpen door hem te sturen.” 


Als dit goed gaat, kun je de oefeningen vanuit de galop doen. “Zie je de afstand niet, leer je paard dan gewoon klein te blijven galopperen naar de eerste balk en vervolgens ga je iets mee in je zit zodat je paard kan verruimen en verlengen naar voren.” 

“Ik vind het belangrijk dat mijn gevoel van het paard tussen hand en been hetzelfde blijft. Ik ga niet overdreven met mijn handen naar voren, maar hou als een elastiek verbinding met de mond.” 

Nog een stap verder is om van de middelste balk een klein hindernisje te maken. “Bereid het netjes voor,  en rijd met een mooie stelling en buiging  richting de balkjes. Het is een  heel lekkere oefening om je paard net wat meer lengtebuiging te geven in het lichaam. Voor een dressuurpaard is dit ook heel bruikbaar. Dan hoef je natuurlijk geen hindernisje te maken, grondbalken volstaan ook.” 

Bekijk de parcoursschets van deze oefening

bram chardon vertelt over de wijze waarop hij het borsttuig aanbrengt bij zijn paard

Forceer je paard niet teveel. Pas desnoods de oefening wat aan naar de lengte van de passen van je paard.

bram chardon vertelt over de wijze waarop hij het borsttuig aanbrengt bij zijn paard

"Ik ga niet overdreven met mijn handen naar voren, maar hou als een elastiek verbinding met de mond." 

Bekijk de video van bovenstaande oefeningen

WIE IS MANS BUURMAN?


Mans Buurman is sinds november 2023 KNHS bondscoach springen pony's. Buurman begon zijn carrière in de springsport en boekte als ruiter mooie internationale klasseringen. Voor zijn bondscoachschap in het springen was hij negen jaar bondscoach van de eventing pony's. Zowel bij het springen als in de eventing behaalden de teams onder zijn leiding mooie successen. 

Buurman volgde een HBO-opleiding in Educatie en Kennismanagement met het profiel trainer/coach en was lange tijd verbonden als docent aan het NHB te Deurne.


Meer over Mans Buurman in de KNHS Mediaguide




bram chardon poseert naast het paard terwijl tanja liesker op de wagen zit